Bron Esmee Wilpshaar Online redacteur RTV NOORD.
https://www.rtvnoord.nl/wie-is-wie/redactie/esmee-wilpshaar
Kinderen mogen vaker fouten maken en leren dat dat niet erg is, vindt onderzoeker aan de Hanze Ineke Haakma. Zonder fouten kunnen ze niet leren en zonder iets nieuws te durven, gebeurt er weinig. Samen met onder andere haar collega Henriëtte Pauwels maakte ze daarom een boek vol ‘fouten’.
‘Samen met mijn collega’s onderzocht ik hoe we de creativiteit van kinderen kunnen stimuleren’, legt Haakma uit. ‘Toen kwamen we erachter dat fouten durven maken heel belangrijk is voor creativiteit.’
Geen fouten
Daarbij kwam ze tot de conclusie dat dat ingaat tegen de manier waarop vaak gewerkt wordt. ‘Het leven is er vaak op gericht om dingen goed te doen. Dus: geef het juiste antwoord en vermijd fouten. Dan durf je ook geen fouten te maken en dat is een groot obstakel.’ Haakma merkt op dat kinderen daardoor minder vaak aan een opdracht beginnen en ook sneller opgeven.
De angst om te falen zorgt voor een hogere prestatiedruk, merkt Haakma. ‘Dat zit de ontwikkeling van een kind in de weg. Je wil ruimte om wat aan te rommelen. Dan is er ook geen verwachting dat het in één keer goed moet. Daarmee wordt de prestatiedruk ook minder.’
Boek vol ‘mislukte’ verhalen
Om te laten zien dat fouten maken erbij hoort, en dat iedereen het overkomt, maakte ze een boek vol mislukte verhalen. Dat wil zeggen: verhalen van allerlei kinderen en volwassenen waarin iets niet goed ging. Een luchtacrobaat vertelt over hoe ze uit de touwen valt, een huisarts hoe hij het horloge van een patiënt sloopt en een jonge voetballer over een mislukte penalty.
‘Iedereen maakt fouten, maar we weten het vaak niet van een ander. Daarom wilden we graag die verhalen in een boek bundelen’, legt de onderzoeker uit. ‘Voor kinderen kan het best een spannend onderwerp zijn. Hoe gaan we daar dan over in gesprek? Deze verhalen bieden in ieder geval een begin van dat gesprek.’
Niet alleen voor kinderen
De aanpak blijkt aan te slaan bij de doelgroep. ‘Een leesconsulent van Biblionet Groningen (waar de bibliotheken onder vallen, red.) heeft de verhalen aan kinderen op de basisschool voorgelezen. Toen kregen we ook feedback van de kinderen, bijvoorbeeld dat ze nog illustraties erbij willen. Nu is het boek helemaal klaar.’
Hoewel het een boek voor kinderen is, is het ook interessant voor volwassenen, benadrukt Haakma. ‘Het is leuk voor iedereen.’